Nederlands
Engels
Frans
Duits
Spaans
Italiaans
Portugees
Deens
Zweeds
Latijn
Nederlands
Engels
Frans
Duits
Spaans
Italiaans
Portugees
Deens
Zweeds
Latijn
Nederlands
Engels
mossel
(
mv.
mosselen)
{zn.}
mussel
mossel
[m]
(de ~)
{zn.}
mussel
vagina
[m]
(de ~)
,
flamoes
,
kut
[m]
(de ~)
,
poes
[m]
(de ~)
,
spleet
,
trut
,
gleuf
[m]
(de ~)
,
snede
[m]
(de ~)
,
pruim
[m]
(de ~)
,
snee
,
mossel
[m]
(de ~)
,
schede
[m]
(de ~)
{zn.}
vagina
De penis ging in de
vagina
.
The penis entered the
vagina
.
Woorden
Zinnen
Vervoegen